H. Honsbeek
08 Gevaarlijke stoffen en Biologische agentia
 >  Opslag van gevaarlijke stoffen
Introductie

Gevaarlijke stoffen moeten op verantwoorde wijze worden gehanteerd. Zo zijn er regels voor het opslaan van gevaarlijke stoffen. De regels voor opslag van gevaarlijke stoffen zijn vastgelegd in de PGS 15.

Voorbeelden van gevaarlijke stoffen zijn lijmen, oplos- of schoonmaakmiddelen, reinigers, ontvetter, verf en chemicaliën. 

    Risico's > Wat kan er gebeuren?

    De risico's van de gevaarlijke stoffen kan divers zijn, denk bijvoorbeeld aan:

    • Ontvlambaar;
    • Toxisch (giftig);
    • Brand bevorderend (oxiderend);
    • Explosief;
    • Corrosief (bijtend);
    • Milieugevaarlijk.

    De risico's worden op de verpakking aangeduid door middel van één of meerdere pictogrammen. Hieraan zijn gevaarlijke stoffen dan ook herkenbaar en je zult hier dus altijd op moeten letten in de praktijk. Met name tijdens het gebruik.

    Naast deze vereiste pictogrammen wordt het gevaar op de verpakking tevens aangeduid middels zogenaamde H-zinnen.
    De te treffen voorzorgmaatregelen worden aangeduid middels P-zinnen.

    • H- (Hazard/gevaaraanduiding) zinnen;
    • P- (Precaution/voorzorgsmaatregel) zinnen;

    Een voorbeeld:

    Voor een instabiele ontplofbare stof is het:

    • GHS- pictogram GHS01 (ontploffing) het signaalwoord;
    • Gevaar, de gevarenaanduiding H200 Instabiele ontplofbare stof;
    • en één van de voorzorgsmaatregelen: P201-Alvorens te gebruiken de speciale aanwijzingen raadplegen.

    Enkele voorbeelden van veel voorkomende gevaarpictogrammen
    Maatregelen > Wat moet je doen?

    Tijdens het gebruik van gevaarlijke stoffen kun je de te treffen maatregelen lezen op het VIB (Veiligheids Informatie Blad), ook wel MSDS (Material Safety Data Sheet) genoemd. Deze bladen zijn te vinden op het UnicaNet of in de Veilig Unica app. 

    Eén van de te treffen maatregelen is het verantwoord opslaan van gevaarlijke stoffen en zo mogelijk dit op één centrale plaats in het gebouw, zodat deze zich niet overal in het gebouw bevinden. Dit afhankelijk van de hoeveelheid op te slaan gevaarlijke stoffen in een verantwoorde opslagkast (< 50 kg) of in een brandwerkende kast of opslagcontainer (> 50 kg). Of in geval van gassen > 120 liter in een gasopslaghok of -ruimte.

    Bij het daadwerkelijk gebruik van gevaarlijke stoffen is sprake van een z.g. werkvoorraad. Voor de werkvoorraad geldt:

    • Hoef je niet op te slaan in een brandwerende kast of opslagcontainer;
    • Moet zijn afgestemd voor het gebruik van 1 dag;
    • Mag zich niet bevinden in een rijroute van vorkheftrucks of andere transportmiddelen;
    • Mag het vluchten niet belemmeren.

    Gevaarlijke stoffen welke in afwachting zijn van afvoer ervan, moeten eveneens volgens de voorschriften worden opgeslagen. Dit geldt ook voor lege gasflessen. deze moeten worden behandeld alsof deze vol zijn.

    Juiste wijze van opslag:

    Gevaarlijke stoffen sla je op in een opslagvoorziening zoals een verantwoorde opslagkast, een brandwerende kast, opslagcontainer, gasflessenhok e.d.

    De opslag moet aan eisen voldoen. de eisen staan beschreven in de PGS 15:

    • Als de (werk) voorraad bestaat uit 50 liter gevaarlijke vloeistof of meer, dan moet de verpakking boven een vloeistofdichte lekbak zijn geplaatst, of een gelijkwaardige voorziening. De capaciteit van de lekbak moet gelijk zijn aan de grootste verpakking +10% of 110 % van het totaal;
    • In een verantwoorde opslagkast mag maximaal 150 kg worden opgeslagen;
    • In een brandwerende opslagkast mag maximaal 150 liter worden opgeslagen;
    • In een brandwerende container mag maximaal 500 liter worden opgeslagen;
    • Gemorste of gelekte gevaarlijke stoffen moeten zo snel mogelijk worden opgeruimd. 

    Welke stoffen moeten gescheiden opgeslagen worden?

    • Verpakte gevaarlijke stoffen die met elkaar reacties kunnen aangaan;
    • Het gaat dan om reacties waarbij de temperatuur, druk of waarbij gassen kunnen ontstaan.

    Raadpleeg hiervoor de productinformatiebladen van de gevaarlijke stof. Op het productinformatieblad staat vermeld of het product gescheiden moet worden opgeslagen.

    De opslagvoorziening moet:

    • Voorzien zijn van het pictogram of de tekst “ROKEN EN OPEN VUUR VERBODEN” en van de gevaren pictogrammen van de in de opslagvoorziening aanwezige gevaarlijke stoffen;
    • Schoon worden gehouden;
    • De eventueel aanwezige lekbak moet droog zijn, zodat eventuele lekkage kan worden opgemerkt;
    • Absorptiekorrels moeten aanwezig zijn zodat eventueel gelekte stoffen kunnen worden geabsorbeerd.

    De verpakking

    • Van de opgeslagen stoffen moet in goede staat zijn; en
    • Moet zijn voorzien van adequate aanduiding (gevaarsymbolen, etiketten)

    Veiligheidswaaiers/Gevarenkaarten

    https://pisa.volandis.nl/Default.aspx
    Kaarten maken (volandis.nl)

    • Overtappen van gevaarlijke stoffen in een opslagkast is verboden!
    • Sla alleen gevaarlijke stoffen op in een opslagvoorziening;
    • Sluit, na gebruik, de deuren van de opslagvoorziening. 

    Pas op!
    Omdat bepaalde gevaarlijke stoffen met elkaar reageren mogen deze niet bij elkaar worden opgeslagen. Zo mogen zuren en basen mogen niet bij elkaar worden opgeslagen ondanks dat ze beiden etsend zijn. Zo mogen brandbare stoffen niet bij brandversnellende stoffen worden opgeslagen. Zie in onderstaande plaat welke wel en welke niet bij elkaar mogen worden opgeslagen.

    Wel of niet samen opslaan?
    Discussie > Bespreek het met je collega’s!

    Ga met elkaar in gesprek over het volgende:

    1. Wat overdreven zeg! Bij mij thuis staan gevaarlijke stoffen gewoon in de schuur;
    2. Ik gebruik de juiste PBM's volgens de gebruiksvoorschriften;
    3. Ik zorg voor een beperkte voorraad en werkvoorraad op de werkvloer.​​​​​​​

    Scan de volgende code met de app om deze toolbox te bekijken.